• Boontjes uit water eten.
  Een eenvoudige maaltijd.
• Een goede dam leggen.
  Een voedzame maaltijd.
• Dat is mosterd na de maaltijd.
  Dat komt te laat.
• Buikje vol, hoofdje blij.
  Van een goede maaltijd wordt men vrolijk.
• Ontbijt als een keizer, lunch als een prins en dineer als een bedelaar.
  In de loop van de dag moet de maaltijd steeds lichter worden.
• Eerst even uitbuiken.
  Na een flinke maaltijd het eten laten zakken.
• Verandering van spijs doet eten.
  Afwisseling is belangrijk.
• Wie past op zijn tijd, is zijn maaltijd kwijt.
  Wie een gunstige gelegenheid voorbij laat gaan, vist achter het net.
• Een muizenmaaltijd houden.
  Eten zonder drinken erbij.
• Het jaar heeft veel dagen en nog meer maaltijden.
  Om iedere dag te eten te hebben, kun je beter zuinig zijn.
• Over de bak springen.
  Een maaltijd mislopen.
• Het is een dragende gast.
  Iemand die na de maaltijd nog iets van de maaltijd mee naar huis neemt; inhalig zijn.
• Je kunt met de maaltijd wel treuzelen, maar de dag niet rekken.
  Je kunt niet op alle zaken invloed uitoefenen.
• Daar is schraalhans keukenmeester.
  Daar is het armoedig of karig; daar krijgt men niet veel te eten.

Kent u er nog meer, laat het ons dan weten of plaats hieronder direct uw reactie zodat uw aanvulling direct op de site zichtbaar is.

Bekijk het e-book Spreek je uit met voeding.